Ringmus

Ringmus

De ringmus (Passer montanus) is kleiner dan de huismus en heeft een opvallendere en frissere tekening. De ringmus heeft een witte halsband en op de wangen is er sprake van een zwarte vlek. Zijn onderzijde is grijs en zijn bovenzijde bruin met donkere en lichtere tekening. Hij heeft een rood-bruine bovenkop en een zwarte bef. Het juveniel heeft een grijze wang en een halsband.

Bekijk al onze ringmus producten  

Grootte

Met zijn 14 cm ongeveer zo groot als de huismus, zijn spanwijdte is maximaal 22 cm.

Gewicht

19-25 gram

Habitat

Hij is talrijk en wijdverspreid. De ringmus broedt in bosschages nabij dorpen, boerderijen en in boomrijke agrarische landschappen, maar ook in dorpstuinen. Grotendeels standvogel.

Nest

Hij maakt een nest van halmen en stengels, van binnen bekleed met veren. De ringmus nestelt in boomholten, muurnissen en nestkasten. Bekijk onze nestkasten voor de ringmus.

Jongen

De ringmus broedt april-augustus met 2 à 4 broedsels. Per broedsel 2 tot 7 bleekgrijze eieren met bruinachtige vlekjes

Voedsel

De ringmus eet insecten, zaden, vruchten knoppen en afval. Bekijk ons voedsel voor de ringmus.

Klank

De roepjes van de ringmus zijn zachter en gedempter dan die van de huismus. Kenmerken is een zacht, nasaal 'tsoewit'. In de vlucht is er een snelle 'tett ett ett'. Zijn zang bestaat uit enkelvoudige hogere roepjes, zoals 'tswitt'.

Karakteristieke kenmerken

De ringmus heeft een voorkeur voor boomrijk agrarisch cultuurland. Vooral aan de rand van dorpen en bij boerderijen is het een vogel die om het huis is aan te treffen. Soms wonen ringmussen in bij ooievaars, buizerds of huiszwaluwen. Sommige Nederlandse vogels zwerven in de winter rond en kunnen tot in Frankrijk belanden. Het merendeel van de broedvogels is echter standvogel. Ze krijgen in de winter gezelschap van soortgenoten uit Noord- en Oost-Europa. Evenals huismussen zijn het echte zaadeters. Hoewel de aantallen fors afnemen, is de ringmus nog een talrijke broedvogel. De twee legsels per jaar hebben gemiddeld 5 eieren. Deze worden twee weken bebroed. De jongen verlaten na twee weken het nest. Het aantal ringmussen is de laatste jaren fors afgenomen. De veranderingen (lees: intensivering) in de landbouw, het vervangen van graanteelt door maiscultuur, het opruimen van heggen en houtwallen en grootschalig gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen zorgen voor een platteland dat steeds minder geschikt is voor veel diersoorten, waaronder de ringmus.

Bekijk al onze ringmus producten