Topmaand voor de dagvlinders

Maart 2017 - Nu de koude en natte winterdagen voorbij zijn en de zon zich steeds meer laat zien, komen de vlinders weer tevoorschijn. Afgelopen weekend kwamen maar liefst 3731 waarnemingen van vlinders binnen. Vooral de dagvlinders, zoals de citroenvlinder, atalanta, dagpauwoog, kleine vos en de gehakkelde aurelia, werden in Nederland massaal waargenomen.

Dagvlinders

In tegenstelling tot maart vorig jaar zijn bovenstaande vijf soorten deze maand al twintigmaal vaker waargenomen. Op dit moment zijn er ruim 1898 waarnemingen van de gehakkelde aurelia, terwijl dit aantal vorig jaar bleef steken op een magere 46. De dagpauwoog en atalanta zijn al ruim 3776 en 302 keer waargenomen, ten opzichte van 58 en 28 keer vorig jaar. De toename van waarnemingen is grotendeels te danken aan de hogere gemiddelde temperatuur; deze ligt 2.7 graden hoger dan vorig jaar, toen het gemiddeld 5.3 graden was.

Winterslaap

De reden dat de citroenvlinder, dagpauwoog, kleine vos en de gehakkelde aurelia zoveel worden waargenomen is omdat ze overwinteren als imago. Ze kruipen weg in een holle boom, schuur of beschutte plek en houden als het ware een winterslaap. Zodra de temperatuur stijgt en de eerste zonnestralen tevoorschijn komen, ontwaken ze. Andere vlinders overwinteren als pop (bont zandoogje of boomblauwtje), rups (oranje zandoogje of koevinkje) of als ei (groot dikkopje). Er zijn ook nog trekvlinders zoals de atalanta, die in april massaal naar België en Nederland trekt vanuit Zuid-Europa. Alhoewel er de laatste jaren een trend te zien is dat de atalanta steeds meer in Nederland en België overwintert dan in Zuid-Europa. Dit is een gevolg van klimaatverandering en de zachtere winters, atalanta’s kunnen strenge vorst namelijk niet aan. Over enkele weken nadat de wilg en sleedoorn zijn uitgebloeid, zullen grote aantallen van de parelmoervlinders, zandoogjes en blauwtjes tevoorschijn komen.